Waalwijks Wollukslied klinkt tijdens de uitreiking van de Wollukse Kwis: ‘Er is zelfs al een ringtone’

Zaterdagavond, hartje Waalwijk, stond de familie Van Mierlo rond 22.00 uur volop in de belangstelling. Niet dat ze de eerste prijs had gewonnen met de Wollukse Kwis, maar ze brachten het Wollukslied ten gehore voordat de beste teams in de spotlights werden gezet.

In aanloop naar de eerste editie van deze quiz kregen de deelnemers een opdracht om een nieuw Waalwijks volkslied te maken. Kennelijk hadden de Van Mierlo’s zo veel creativiteit in huis dat hun ode aan de schoenenstad uit meer dan veertig inzendingen werd uitverkoren.

Een lied componeren, daar hoort ook rijmen bij. Laat de familie aan de koude kant een topper in huis hebben: voormalig stadsdichter Hans Branderhorst. Als hij een tekst schrijft die appelleert aan het Waalwijkse gevoel ben je al bijna spekkoper.

Maar zo is het dus echt niet gegaan, zeggen Max en Gerard van Mierlo. ,,Iedereen, jong en oud, heeft zijn inbreng gehad. Er zijn heel wat discussies over gevoerd.” Die uren inspanningen hebben een waarlijk fraai lied opgeleverd, waarin alle elementen die Waalwijk en zijn inwoners zo typeren: klagen, maauwen, lachen, saauwelen en waauwelen tussen d’n dijk en de duinen, tussen het zand en de klei.

Aan die eerste prijs hing een cheque van vijfhonderd euro om het lied op te nemen, bij de Mads. De familie wilde meer. Er kwam een website, een videoclip, bierviltjes. ,,Het moet van heel de gemeenschap worden”, zeggen Gerard en Max. Zichtbaar dus. En te horen. ,,Het staat op het repertoire van het carillon. En van het draaiorgel.” Er is zelfs al een ringtone.

De familie Van Mierlo - zo’n dertig mensen hebben eraan meegewerkt - vindt dat het Wollukslied meer mag worden ingebed bij speciale gelegenheden en evenementen. ,,We kunnen ons voorstellen dat RKC het voorafgaand aan de wedstrijd laat horen, net zoals Heerenveen dat doet met het Friese volkslied. We gaan de club zeker benaderen. Doen we ook met Tachos, de handbalclub speelt ook op het hoogste niveau. Mag je trots op zijn. Andersom werkt het zo ook: dat je als club trots bent op je stad, op Waalwijk.”