Sergio Ramos, de onovertroffen kaartenkoning van Spanje

Door Arjan Schouten

Kaarten en Sergio Ramos, onduidelijkheid alom over de aantallen. De brute verdediger verzamelde er al zoveel dat het deze week een beetje vaag bleef over hoeveel hij er nu precies heeft. In Nederlandse media, waaronder deze website, was te lezen dat hij tegen Leganés zijn 163ste gele kaart pakte. Een record in La Liga, waar in Spanje echter niets over te lezen viel. Statistiekenfabriek Opta zocht het uit en wat blijkt: Ramos heeft al 166 gele kaarten verzameld in de Spaanse Primera Division, waarmee hij de bikkelharde verdediger Alberto Lopo (163 keer geel voor clubs als Espanyol, Deportivo en Getafe) dus al even voorbij is. In 421 competitiewedstrijden kreeg hij dus gemiddeld 0,4 kaart per wedstrijd. Ofwel een gele kaart per 2,5 wedstrijd.

Van de 166 door hem verzamelde gele kaarten in de competitie bleef het 142 keer bij één kaart, twaalf keer pakte hij er twee, wat dus ook resulteerde in rood. Zes keer pakte hij direct rood.

Geen club waar tegen hij meer kaarten pakte als aartsrivaal FC Barcelona: in de Clasico zag hij veertien keer geel en drie keer rood. Ook tegen Athletic Bilbao (twaalf keer geel) en Atletico Madrid en Villarreal (beiden tien keer geel, één keer rood) liet hij steevast zijn spierballen zien.

De 31-jarige Ramos, sinds 2003/2004 actief in de Primera Division namens Sevilla en vanaf 2005/2006 namens Real Madrid, speelde zijn hardste seizoen in 2007/2008 toen hij zeventien keer geel voorgeschoteld kreeg. Opvallend: er is geen seizoen waarin hij vaker dan één keer direct rood kreeg. Als international kreeg hij in 149 interlands voor Spanje nog nooit rood, wel twintig keer geel. In de Champions League kreeg Ramos in 109 wedstrijden tot op heden 31 keer geel en drie keer rood. In de Copa del Rey kreeg hij zestien gele- en tweede rode kaarten in 40 wedstrijden.