Kraker tussen Man City en Real Madrid heeft allure van een Champions League-finale

Een halve finale met eindstrijdachtige trekjes. Twee teams met talloze wereldsterren in de gelederen die in supervorm steken en in hun eigen land afstevenen op de landstitel. Manchester City en Real Madrid behoren op dit moment tot de allerbeste teams ter wereld en hadden elkaar waarschijnlijk het liefst pas op 28 mei in het Stade de France getroffen. Voor een van de twee grootmachten is het komende tweeluik echter het eindstation.

Ondanks twee nederlagen in de groepsfase bleef Manchester City het sterrenensemble van Paris Saint-Germain voor, waardoor het zich als poulewinnaar plaatste voor de knock-outfase. Een klinkende 5-0 overwinning op Sporting Portugal hielp de ploeg van Pep Guardiola in de achtste finale opnieuw wat dichter bij die ene droom die voor de topclub al jarenlang bedrog blijkt: het winnen van de cup met de grote oren. Dankzij een overwinning op Atlético Madrid plaatste City zich voor de laatste vier, waarin het Atléti's aartsrivaal Real treft.

De Madrilenen zetten zichzelf in de poule nog voor schut met een nederlaag tegen het nietige Sheriff Tiraspol en werden door kenners sindsdien niet meer in één adem genoemd met de topfavorieten voor de eindzege, maar daar maakte Real dankzij zeges op Paris Saint-Germain en regerend winnaar Chelsea in de knock-outfase korte metten mee. Onder leiding van topscorer Karim Benzema gaat Real voor Champions League-bokaal nummer veertien.

De favoriet voor het heerlijke affiche? Niemand durft het met zekerheid te zeggen. In 2020 troffen de twee grootmachten elkaar voor het laatst: Man City bereikte destijds de kwartfinale van de Champions League door over twee duels met 4-2 te winnen. Het moet de verliezend finalist van vorig jaar vertrouwen geven om de ultieme droom dit seizoen eindelijk werkelijkheid te laten worden.