Jutta Leerdam schittert met goud ‘na race met hartslag van 200'

Met haar indrukwekkende demonstratie van kracht, snelheid en techniek bezorgde Leerdam de Nederlandse ploeg in Salt Lake City de eerste wereldtitel op een individueel nummer. ,,Ik kan het nog niet geloven”, sprak ze glunderend bij de NOS. ,,In de training ging het hier al hartstikke goed. Ik wilde daarom gewoon voor de wereldtitel gaan en dat is nog gelukt ook. Geweldig gewoon.”

De 1,81 meter lange Leerdam reed een vrijwel perfecte rit. ,,Ik opende heel goed en reed daarna een rondje van 26,1. Dat was inderdaad ongelooflijk snel, ja. Daarna kon ik het goed afmaken, dat ben ik inmiddels wel gewend. En nu ben ik wereldkampioen, ik besef het nog niet.”

Leerdam, vrijdag achtste op de 500 meter met een dik persoonlijk record, verscheen met stoute plannen aan de start voor de 1000 meter. ,,Ik wist dat ik het kon, maar ik dacht dat het voor WK-goud misschien nog iets te vroeg zou zijn. Ik groei kennelijk nog altijd stevig door. Ik ben pas 21 jaar, maar nu al wereldkampioen.”

Leerdam, die vorige maand ook de Europese titel veroverde, was nog wel bang dat de gevreesde Japanse Nao Kodaira in de laatste rit onder haar tijd zou duiken. ,,Ik had tijdens die race een hartslag van bijna 200 of zo. Ik was vreselijk zenuwachtig. Ik moest zelfs bijna overgeven, zo misselijk was ik. Ik zag echter al snel aan haar tussentijden dat ze het niet zou gaan halen. Ik weet nu echt niet waar het met mij naar toe gaat. Ik wil mezelf in elk geval heel scherp blijven houden.”

Het WK-zilver was voor de Russin Olga Fatkoelina met een tijd van 1.12,33. De Japanse Miho Takagi eindigde als derde in 1.12,34. Ireen Wüst reed met een persoonlijk record van 1.12,64 de vierde tijd. Letitia de Jong eindigde als negende in 1.12,99, eveneens een persoonlijke toptijd.