Nederlandse korting niet heilig voor Rutte, afdracht mag niet omhoog

Nederland dreigt de korting te verliezen omdat die een afgeleide is van de Britse korting die oud-premier Thatcher ooit bedong. Met de brexit gaan zo goed als zeker alle kortingen eraan. Rutte daarover vanmorgen: ,,Het instrument is vers twee, het belangrijkste is onze afdracht onder controle te houden.”

Rutte zit momenteel met de leiders van 26 andere EU-lidstaten aan tafel voor uiterst moeilijke gesprekken over de Europese meerjarenbegroting 2021/2027.  Brussel wil over zeven jaar 100 à 200 miljard euro extra en moet ook nog een gat van dik 90 miljard dichten dat ontstaat door het vertrek van de Britten, die vandaag niet mee vergaderen. Het Parlement, dat meebeslist over de begroting, wil er zelfs 300 miljard bij. 

Rutte is akkoord met extra uitgaven voor bijvoorbeeld grensbewaking, innovatie en cyberdefensie, maar vindt niet dat hij en andere leiders daarvoor de beurs moeten trekken. Hij denkt dat er veel geld te verdienen valt binnen de begroting door beperking van de landbouwsubsidies en steun aan achtergebleven regio’s, de twee grootste uitgavenposten, die samen zo'n 70 procent van het budget beslaan. 

Rutte: ,,We besteden al veel aan Europa, en daar zijn goede redenen voor, maar het bedrag hoeft niet omhoog. We moeten niet nog meer nettobetaler worden dan we al zijn.” Met precies diezelfde boodschap ging ook de nieuwe Oostenrijkse kanselier Sebastian Kurz de gesprekken in: ,,Je kunt niet steeds meer vragen van de nettobetalers, die toch al heel veel bijdragen. Zo werkt het niet." 

De Nederlandse zuinigheid vindt vooralsnog weinig weerklank, maar dat ziet Rutte niet als een probleem: ,,Ik heb de afgelopen zeven, acht jaar wel vaker lastige conflicten uitgevochten.” Volgens Kurz omvat de minderheid die zich tegen een hogere begroting verzet vijf landen: behalve Nederland en Oostenrijk dus Zweden, Finland en Denemarken.