‘Leg in wet vast dat leraar in de klas aanwezig moet zijn’

De rechter boog zich in oktober vorig jaar over een zaak die de School voor Persoonlijk Onderwijs (SvPO) aanspande tegen de Onderwijsinspectie. De Amsterdamse onderwijsstichting, met acht vestigingen verspreid door Nederland, biedt vernieuwend voortgezet onderwijs aan met kleine klassen. Eén van de kritiekpunten van de inspectie die de school bestreed ging over de lessen Duits, die via ‘afstandsonderwijs’ worden gegeven. Dat betekent dat er een docent Duits via e-mail of Skype op afstand beschikbaar is om vragen te beantwoorden.

Dat is in strijd met de Wet op het voortgezet onderwijs, oordeelde de inspectie. De rechter was het daar niet mee eens: in de wet ‘kan geen steun worden gevonden voor de juistheid van het standpunt van de Inspectie’. In de wetstekst staan wel ‘vereisten voor de aanwezigheid van leerlingen op school’. Die eisen gelden echter niet voor leraren, stelt de rechter.

Volgens Kwint kan die uitspraak grote gevolgen hebben. ,,Het is wachten op scholen die hun roosters zo aanpassen zodat ze allemaal dezelfde docent via Skype les kunnen laten geven. Het is bizar dat de aanwezigheid van leerlingen wél in de wet geregeld, maar van leraren niet.’’

Volgens bestuurder Misha van Denderen van SvPO kiezen hun scholen niet uit een lerarentekort voor afstandslessen Duits (‘we hebben meer sollicitanten dan we banen hebben’), maar om leerlingen keuzevakken te bieden. ,,Het is een experiment met steun van het ministerie. Bij de Duitse les was een andere docent in de klas aanwezig. Als je dit beperkt, beperk je de mogelijkheid om keuzes op kwaliteit te maken.’’

Ook voor regeringspartijen VVD, D66 en ChristenUnie gaat een verplichting te ver. ,,Een docent is cruciaal en hoort bij de leerlingen. Maar dit is te rigoureus’’, aldus D66’er Paul van Meenen. Voor VVD-Kamerlid Rudmer Heerema is het ‘volstrekt logisch’ dat docenten gewoon in de klas zijn en hoeft dat niet in de wet verankerd te worden.