Ruud Geels: Dertien goals? Die had ik half oktober al gemaakt!

Door Wietse Dijkstra

Ruud Geels schiet spontaan in de lach als hij wordt gewezen op de topscorerslijst waarop PSV-aanvaller Hirving Lozano met maar 13 goals bovenaan staat. ,,Ik begrijp er niks van’’, zegt de vijfvoudig eredivisietopscorer. ,,Dertien goals? Die had ik half oktober al gemaakt! Wat een zootje zeg.’’

Van de aantallen van Geels, als spits van Ajax in de jaren 70 vier keer op rij topscorer met 30, 29, 34 en 30 goals, kan Lozano alleen maar dromen. Hetzelfde geldt voor zijn concurrenten Steven Berghuis (Feyenoord, 12) en Alireza Jahanbakhsh (AZ, 11). Achter die drie buitenspelers komen pas de echte spitsen als Klaas-Jan Huntelaar (Ajax) en Wout Weghorst (AZ) met 10 goals. De kans is dan ook groot dat de beste doelpuntenmaker dit seizoen een nieuw negatief eredivisierecord vestigt.

Willy Brokamp (MVV) en Cas Janssens (NEC) werden in het seizoen 1972-1973 topscorer met het historisch lage aantal van 18 goals. Opvallend, want landskampioen Ajax scoorde die jaargang maar liefst 102 keer. De Amsterdammers waren dat seizoen echter niet afhankelijk van één goalgetter. John Rep (17), Johan Cruijff (16), Arie Haan (12), Gerrie Mühren (12) en Piet Kezier (12) kwamen allen in de dubbele cijfers.

,,Je ziet nu ook dat er meer spelers bij een club scoren’’, zegt Geels. ,,Spitsen hebben het moeilijk. Tegenwoordig doen buitenspelers veel alleen. Daarmee halen ze kansen weg voor de spits. Ik vind het toch mooier als een spits goede voorzetten krijgt.’’

Maar die tijd is geweest. ,,De trend is al een aantal jaren geleden ingezet’’, zegt Pierre van Hooijdonk, in het seizoen 2001-2002 eredivisietopscorer met 24 goals. ,,Buitenspelers zijn niet langer dienend aan de centrumspits. Voor de nummer negen is het moeilijker geworden. Hij moet in stelling worden gebracht door de zijkanten, maar dat is bijna niet meer aan de orde. Acties van buitenspelers zijn in eerste instantie op zichzelf gericht. Wie wél een secondant is van de nummer negen is Jahanbakhsh. Hij is rechts en staat ook op rechts.’’

Van spelers als Lozano en Berghuis, een rechtspoot op links en een linkspoot op rechts, hoef je als spits niet veel aanvoer te verwachten. Van Hooijdonk: ,,Het zijn buitenspelers die tegen hun been in staan. Kluivert is redelijk tweebenig en kan de spits met links nog redelijk bedienen. Maar de meesten kunnen dat niet. Zij komen naar binnen en maken het veld heel klein. Wat moet je dan nog doen als spits? Dan ben je wel klaar met je loopactie.’’

Ook Van Hooijdonk zou het als spits nu lastiger hebben dan in zijn tijd, denkt hij. ,,Met penalty’s en vrije trappen kwam ik nog wel tot een aardig aantal, maar ik zou er ook niet zo veel meer maken. Als je me vraagt waar ik nu zou willen spelen is dat AZ. Puur om Jahanbakhsh. Als spits zoek je een secondant waar je van op aankan.’’