Straffen hennepteelt en witwassen veel lager dan geëist door gebrek aan bewijs

Eén familielid werd vrijgesproken. Tegen hem ontbrak wettig en overtuigend bewijs voor een veroordeling vanwege het runnen van een hennepkwekerij in Rotterdam en witwassen. Hij werd vrijgesproken, terwijl acht maanden cel was geëist.

Een ander kreeg een werkstraf voor zijn betrokkenheid bij een Dordtse kwekerij, terwijl voor andere ten laste gelegde feiten geen bewijs was. Hij kreeg veertig uur werkstraf, terwijl een half jaar cel was geëist.

Een derde verdachte hoorde twee weken geleden een jaar cel eisen, maar de rechtbank hield het bij drie maanden en tachtig uur werkstraf. De meeste verdenkingen konden wel worden bewezen, maar ook niet allemaal.

Voor de laatste verdachte geldt dat drie van de vier feiten die aan hem gelinkt werden niet bewezen kunnen worden, waarvan hij dus vrijgesproken werd. Voor dat ene feit (het voorhanden van 1,3 kilo hennep) moet hij twee maanden brommen en dertig uur werkstraf verrichten, terwijl tegen hem een half jaar geëist was.