Bijzondere vondst in Breda: rioolwerk legt deel van oude vestingmuur bloot

Deze zogenaamde contregarde lag in de hoofdgracht van de vesting en was bedoeld om het bastion Ginneken (aan het eind van de Ginnekenstraat) beter te kunnen beschermen. Zo’n klein verdedigingswerkje werd ook een halve maan genoemd. Archeologen hebben het aangetroffen muurdeel en de onderliggende fundering ingemeten en gedocumenteerd.

Op grote diepte werd een stuk keermuur aangetroffen met twee steunberen. Deze dienden om de keermuur als het ware te verankeren in de achterliggende wal. De vondst van houten palen en planken wordt door de gemeente Breda bijzonder genoemd. 

‘Deze dienden als fundering van de steunberen en vermoedelijk ook van de keermuur. De fundering bestond uit vlonders die waren vervaardigd uit overlangs doorgezaagde boomstammen met daarop een reeks van planken. Deze vlonders werden weer ondersteund door ingeheide houten palen.’

Het grootste deel van de aangetroffen restanten blijft ondergronds beschermd liggen, laat een gemeentewoordvoerder weten. ,,Een klein deel is verwijderd om ruimte te maken voor de aanleg van de riolering. Enkele stukken hout van de fundering zijn meegenomen. Enkele monsters van het hout zullen worden opgestuurd voor nader onderzoek. Het zal enkele maanden duren voordat daar resultaten van zullen terugkomen.”

Breda was eeuwenlang een vestingstad. In 1869 werd begonnen met de ontmanteling van de stadwallen en stadspoorten. Er waren meerdere redenen om van de vestingwerken af te willen. Het onderhoud was duur, een militaire vijand was er eind 19e eeuw niet meer en ze belemmerden de ontwikkeling van Breda. In 1869 telde Breda slechts 15.000 inwoners, na de sloop van de vesting liep het aantal Bredanaars snel op, omdat er ruimte gecreëerd was voor huizen en bedrijven.