Waarom de cabriolet met stalen klapdak uit de showroom verdwijnt

Nog niet zo heel lang geleden zag je ze 's zomers in enorme aantallen: de Peugeot 307 CC, de Ford Focus CC en de Renault Mégane CC. Ook andere merken hadden zo'n uitvoering met stalen klapdak. Nissan en Mitsubishi bijvoorbeeld, maar ook BMW, Volvo en Opel.

De voordelen leken reusachtig: geen klapperende daken in de winter, veel minder windgeruis en geen condensvorming door de nagenoeg compleet waterdichte constructie. Je rijdt kortom in een gewone auto, totdat de zon begint te schijnen. Met één druk op de knop verandert je auto in een zomerse cabriolet.

In de jaren 90 begon Mercedes de trend met de SLK, die was voorzien van de vernuftige dakconstructie, maar al in de jaren 30 bestond er een cabriolet van Peugeot die was voorzien van een stalen klapdak. Na Mercedes volgden de CC's elkaar in rap tempo op, maar vreemd genoeg was de zegetocht van korte duur. De populariteit van deze modellen daalde snel en de meesten kregen geen opvolger. 

Eigenlijk zijn alleen de BMW Z4 en de BMW 3 Serie nog voorzien van een stalen klapdak. De reden? Volgens de Belgische website Gocar.be zijn ze relatief duur. Ook was de vormgeving vaak matig doordat het dak in de kofferbak moest worden opgeborgen. Daardoor kregen de auto's vaak een ‘dikke kont’. En om het dak korter te maken, kregen veel CC’s plotseling een langere voorruit die bijna tot boven de voorste inzittenden kwam. Daardoor miste je dan weer het echte cabriogevoel.

Ook de wegligging was slechter door het gewicht van het dak, dat de ene keer op de auto zat en even later achterin lag. Bovendien zijn de uit meerdere lagen bestaande stoffen daken van nu ook zeer goed, waardoor de voordelen van staal nog kleiner werden. Uiteindelijk betekende de extra CO2-uitstoot wellicht de doodsteek voor de CC. Want meer gewicht betekent meer CO2 en dat is precies waar de huidige autofabrikanten een hekel aan hebben.

Bekijk hieronder onze video’s op het gebied van auto’s en mobiliteit: